Kop logo vom Himmel hoch
Home - Archief - 8 maart 2003, Zalk

Archief

8 maart 2003

Slotconcert Dan Sus Dan So in Zalk

Voorbereiding

Als ik op maandag 3 maart over de dijk naar Zalk rijd om de eerste voorbereidingen voor het concert te treffen landen de eerste wulpen en grutto’s in de uiterwaarden van de IJssel. Het is een voorjaarsgetetter van jewelste en hiermee wordt het einde van de winterserie wel heel duidelijk aangekondigd.

Vanaf de IJssel bij Zwolle kun je de kerk al zien en als je dichterbij komt zie je het prachtig verlicht aan de IJssel liggen. Helaas voor de paar optimisten die met de fiets uit Zwolle zijn gekomen regent het en is het koud, maar dit lijkt de betrokkenen niet veel te doen.

Ondertussen begint de routine er al aardig in te komen en vormt zich een vast patroon van gebeurtenissen. Als we aankomen heeft Ab Weegenaar al enige tijd gespeeld op het orgel en heeft Mette ingezongen. Al vroeg komen Gregoriana en de geluidstechnicus de heer Van Cleef binnen. Het begint vertrouwenwekkend te worden.

Rasmus neemt het voortouw bij het herschikken van de ruimte samen met de koster, de heer Dekker. Ondertussen komen ook de musici binnen. Iedereen wordt doorverwezen naar het bijgebouwtje waar mijn moeder soep heeft gemaakt en koffie heeft gezet. Het is de zevende keer dat deze patronen elkaar opvolgen en het zal de laatste keer zijn in deze opzet.

Tot nog toe hebben de verschillende uitvoerenden gezamenlijk opgetrokken. Goed, soms was er iemand verhinderd en werd er een vervanger gezocht. Maar in de regel hebben we deze winter een soort "horizontale programmering" gevolgd, waarbij we met een min of meer vast gezelschap langs de verschillende kerkjes trokken. Deze systematiek wordt nu losgelaten.

De concerten in de toekomst zullen allemaal een unieke invulling krijgen, ook qua bezetting. Dit is nog afwisselender (Dan Sus Dan So), maar er zit ook een nadeel aan, bedenk ik me. Onderling hebben de uitvoerenden dit seizoen intensief kennis gemaakt met elkaar en dit heeft tal van nieuwe muzikale samenwerkingsverbanden opgeleverd, die ook buiten de Dan Sus Dan So-avonden te beluisteren zullen zijn. In de toekomst zullen de uitvoerenden in ieder geval niet meer zo sterk aan elkaar worden gekoppeld als tijdens deze serie.

Avond

Vlak voor acht uur zit een kleine honderd bezoekers in het kerkje, maar buiten zie ik nog een paar auto’s zoeken naar een parkeerplaats. We beginnen iets later dan gepland.

Ab Weegenaar opent deze avond met de derde sonate van Carl. Ph. E. Bach, een vervolg op de sonates van deze componist die hij op de orgels van Wesepe en Welsum speelde. Voor de aanvang van het concert had Weegenaar al aangegeven dat het orgel de winter niet goed was doorgekomen en voor een groot deel vals was. Hij doorstaat het in ieder geval goed, denk ik tijdens het spel. Het is een prachtig stuk op een prachtig orgel, zo klinkt het voor mij. Achteraf blijkt hij maar iets meer dan een half klavier te hebben kunnen gebruiken en heeft hij praktisch het hele stuk om moeten gooien om het nog te kunnen spelen!

Helaas is Reinier van der Lof van Gregoriana ziek deze avond. Gregoriana bestaat deze avond daarom uit twee leden, maar zij zijn goed in staat om de kerkruimte standvastig muzikaal in te vullen. De genuanceerde zang van Geert Maessen neemt de meest onverwachte wendingen en intrigeert hierdoor. Het is al vaker gezegd, maar de "oosterse bron" van onze christelijke cultuur wordt zelden zo duidelijk bloot gelegd als in de zang van dit gregoriaans ensemble. Waar polarisatie van wereldgodsdiensten op de loer ligt kan de verwantschap tussen de christelijke, joodse en islamitische cultuur niet voldoende worden benadrukt.

Toen ik van tevoren zag dat Paul Czerwinski maar liefst vier Spaanse gedichten van Lorca zou voordragen vroeg ik me af of dat niet een beetje veel was van het goede. In de praktijk bleek het tegendeel. Paul draagt de gedichten zo levendig voor dat het niet erg is dat je het niet verstaat. De verspreide vertalingen laten ook het levendige karakter van de gedichten zien. Het is te horen dat Paul tijdens zijn jeugd lange tijd in Spanje heeft doorgebracht. De gedichten van Jacques Bloem hebben een heel ander karakter, maar passen ook erg goed in het programma. Ze worden gekenmerkt door een sombere schoonheid die even eenvoudig als melodieus is.

Het Anido Guitarduo speelt deze avond alleen werken van Annette Kruisbrink, die zelf onderdeel van het duo uitmaakt. Het is natuurlijk een groot voordeel als een componist zelf het instrument waarvoor hij of zij schrijft door en door kent. De composities van Kruisbrink laten dan ook erg goed de verschillende gezichten van de gitaar zien. De grote liefde voor het instrument blijkt uit alles. De combinatie gitaarmuziek in oude kerkjes is een ideaal huwelijk gebleken!

Er is dit seizoen veel te doen geweest over de combinatie van volksmuziek met "devote cultuur" die wij nastreven. We proberen de sacrale en de profane muziek dichter bij elkaar te brengen en hiervan bestaan in de praktijk weinig voorbeelden. Hierbij doet zich een spanning voor tussen de joviale cultuur in kroegen en op marktpleinen en de wat meer plechtige cultuur die de "devote tradities" kenmerkt. De groep Liereleyers heeft dit jaar moedig voor deze zware opgave gestaan. Het gezelschap, dat zoals altijd een grote verzameling oude instrumenten had meegenomen, is vooral communicatief erg sterk en wil het liefst in voortdurende interactie met het publiek verkeren. Ik ben dankbaar voor hun grote inzet om de "twee werelden" dichter bij elkaar te brengen.

Sopraan Mette Rooseboom zingt deze avond verschillende oude aria’s van Buxtehude en Pergolesi, naast het koraal "Aus tiefer Noth schrei ich zu dir" van Maarten Luther. Deze laatste leidt de orgelbewerking van Max Reger in, zoals deze wordt gespeeld door Ab Weegenaar. Aan het einde van het programma zorgt Mette voor een grote verrassing door samen met Gregoriana om en om verschillende strofes gregoriaans te zingen. Mette doet dit zo overtuigend en zo genuanceerd dat het bijna niet te geloven is dat zij pas de afgelopen winter samen met het gezelschap is gaan repeteren. De ruim 5 minuten die de samenwerking duurt zie ik als het meest gelukkige voorbeeld van "culturele kruisbestuiving" die we in de afgelopen serie tot stand hebben gebracht.

Omdat Mette nu voor het eerst "in beeld" heeft gestaan tijdens het zingen -de andere keren zong ze voor de meeste mensen onzichtbaar vanaf de orgelbalustrade-, heeft ze vanaf deze plaats ook de laatste koraalbewerking ingeluid. Het sobere "Vor deinen Tron tret ich hiermit" wordt gevolgd door de orgelbewerking van Johann Sebastian Bach, naar verluidt de laatste compositie van de grootmeester. Het is tevens de afsluiting van een bijzondere serie avonden in de IJsselvallei. Of, zoals een optimist direct na het concert verwoordde: "De kop is eraf!"

Zwolle, 17 maart 2003

Harm Jan Wilbrink